Dinsdag 8 april – Poldervliegjes binden (Uitgesteld naar latere data)

Polder (en ook voor stromend water) vliegjes binden.

Nu het vliegvissen op roofvis op z’n einde loopt kunnen we ons weer voorbereiden op het vissen in de polder. Op de ruisvoorn, de blankvoorn, de winde, soms een roofblei, vaker – zeker in de Zoetermeerse plas- een brasem.

Dinsdagavond 8 april gaat Chris van Elk een aantal poldervliegjes  binden. Je bent van harte uitgenodigd om mee te binden het tempo is rustig en Chris legt  glashelder uit wat hij aan het doen is.
En daarmee is een van de doelen genoemd: we willen de beginnende vliegvisser of zeker vliegbinder, op gang helpen om zelf te binden.
De voorbije maanden hebben we het binden vooral toegespitst op het roofvissen. Nu dus het kleinere priegelwerk, haakjes maat 12 (is al aan de grote kant) maat 14 en maat 16.
Met deze maat kun je vliegvissen met een leaderpunt van 12/100. En nu we het er toch over hebben, bind gewoon een meter of twee 12/00 fluorcarbon lijn aan de vliegenlijn. Die moet dan niet zwaarder zijn dan aftma 3, anders is de zaak uit evenwicht. Dat geeft best spanning als je een ruisvoorn van 20 cm pakt. Daar is zelfs een schepnetje bij nodig.

Je mag natuurlijk ook gewoon/belangstellend dus, kijken als je er op die manier wat van wilt opsteken.

Voor degenen die willen mee binden; wat breng je zelf mee:

– je vise;
– bobbinholders met dunne draad, zo dun mogelijk, kleuren olive, zwart of bruin
– afbindlak;
– je gereedschapjes, schaartje enz.;

Chris brengt dubbing en veren mee. Ook zorgt hij voor de haakjes. Maar mocht je je eigen haakjes willen gebruiken dan is het advies weerhaakloos maat 12, 14 of 16.

Wat is het plan.

Chris heeft een aantal voorbeelden gemaakt die we na binden:

Pheasant tail. daar zijn veel variaties op mogelijk, waaronder verzwaard met wat slagen looddraad 15/00 of 10/00;

Spider. Dat is een verzamelnaam voor een vlieg wiens leven er zowat op zit en die uitgeput op het water valt, een rommelig beestje dus. We maken een geribt lijfje met hulp van quils, of van draad als dat makkelijker is, en zetten er met een softhackle een “ kraagje”op bij het haakoog;

Griffith Gnat. Een gemeen klein droog vliegje dat op de Kyll en de Sure al heel wat forellen misleid heeft. Ook in de polder een goeie voor de ruisvoorn, wij maken nu de witte variant met een dunnen grizzly hackle. Deze vlieg moet klein zijn, wij nemen haakje 14. Eigenlijk is het een gepalmerde vlieg. Simpel maar wel gepriegel.

En als er tijd over is maken we nog een natte vlieg, een algemeen patroon om te laten zien hoe je die bindt. Als je de techniek kent, kun je zelf tal van variaties maken. Voor Duitsland bijvoorbeeld de “Peute” een prima vanger. Bij het binden van natte vliegen komt een beetje techniek bij kijken , met name bij het hackelen van de kraag.

Tot dinsdag 8 april aan de bindtafel.

Dit bericht is geplaatst in verhalen. Bookmark de permalink.